Plan van aanpak
Voor een goed plan van aanpak moeten we weten welke soorten aaltjes er op perceelnivo spelen en hoe zwaar de besmetting is. Alleen recent bodemonderzoek kan deze vraag beantwoorden. Een rassenkeuzetoets is bij een besmetting met aardappelcystenaaltjes een goede eerste stap. Met het juiste ras op het juiste perceel is al veel vermeerdering te voorkomen.
Daarnaast kunnen granulaten zoals Vydate 10G worden ingezet om schade en vermeerdering te beperken. Bij een beperkte besmetting is 10 kg Vydate 10G in de rij vaak al voldoende.
Een volveldsdosering met 20 kg/ha Vydate 10G is meestal de beste keuze indien er:
- Besmettingen zijn met wortelknobbelaaltje M. chitwoodi/fallax.
- Meerdere soorten aaltjes aanwezig zijn op het perceel.
- Hoge besmettingen worden vastgesteld.
- Sprake is van het doorgebroken G. pallida - of G. rostochiensis aaltje.
Wat we afgelopen droge jaren ook hebben gezien, is dat het zetmeelgehalte door aaltjes besmettingen flink kan dalen. Veel objecten in onze proefvelden kregen te maken met een malus op zetmeelgehalte. Alleen de volvelds doseringen haalden de minimale grens van 19%. De verschillen tussen de granulaten waren in het veld goed zichtbaar.
In onderstaande foto halverwege juni heeft de volvelds dosering van 20 kg Vydate 10G het veld al dicht. Uiteindelijk is deze snellere beginontwikkeling ook in de opbrengsten duidelijk terug te zien.